Haat, rancune en Vergeving

Het woord – vergeving – houdt niets in

Het vergeven in daad houdt hetgeen in wat bedoeld wordt met werkelijke vergeving.

De mens die intellectueel iemand anders vergeeft houdt haat en rancune. Haat en rancune is het gif van de mens welke ontstaat in het intellect. Het mentaal gebied is het gebied bij de mens welke haat en rancune vasthoudt. Indien dit langere tijd duurt, wordt het verschoven naar het onderbewustzijn waar het zich vastnestelt en op de lange duur grote schade kan aanrichten in de ontwikkeling van de mens, want haat en rancune zijn remmers op de ontwikkeling van de spiritualiteit, de geestelijke wording waardoor de mens stil blijft staan.

Indien men een grote haat heeft naar iemand, naar een situatie, instantie, personen, dan zullen in reflectie deze haatgevoelens gevoed worden, waardoor de haat steeds groter wordt en zich steeds dieper kan nestelen, waardoor de mens zeker ziek zal worden op fysieke wijze en geestelijk zich steeds slechter gaat voelen, zich niet meer kan ontwikkelen en zelfs geestelijk stil blijft staan, wat inhoudt dat deze mens zichzelf heeft gedood.

Indien men haatgevoelens kent dan zou men niet die ander moeten vergeven, maar men zou moeten leren te relativeren. Men zal moeten leren inzicht te verkrijgen. Men zal ook niet alleen maar haat moeten proberen af te schuiven om zichzelf te redden.

Men kan haat enkel oplossen door begrip, door inzicht

Hoe fout een ander ook in uw ogen ook is geweest, immer is daar een karmische actie en reactie aan ten grondslag.

Indien je inzicht hebt waarom zoiets tot stand is gekomen, dan kan de haat in zichzelf worden opgelost, waardoor weer groei mogelijk is.

Het vergeven in woord heeft geen enkel effect.

Het vergeven in gevoel, het oplossen van deze karmische grondslag is de bedoeling van het werkelijke vergeven.

Het vergeven, wordt gereflecteerd aan wat liefde wordt genoemd

Liefde in z ‘n hoogste vorm. De pure rechtvaardigheid door twee kanten van het geheel te kunnen zien en van deze twee kanten het totale begrip te kunnen krijgen, inzicht te kunnen krijgen.

Indien men werkelijk iemand haat, zou men als therapie voor zichzelf eens moeten verwoorden waarom men die andere situatie, persoon, haat. Dit telkens te herhalen en daardoor te ontkrachten en daardoor ook te zien waarom het is, de diepte te ervaren en daardoor inzicht te verkrijgen en daardoor te kunnen begrijpen. En daardoor de karmische actie te kunnen oplossen.

Zo vergeeft men zich zelf en wordt niet meer vereenzelvigd met haat en rancune

Gepubliceerd op
Gecategoriseerd als Artikel