Een Waar Mens als Wezen heeft niets en kan niets bezitten. Een Ware Mens is, een Godsvonk, een Brandpunt waar de Geest als Zoon van God de Stof raakt, een sprankelend Licht.
Het is een illusie om te denken iets te kunnen bezitten van de vergankelijke materie. Het bezitten van iets kan een tijdelijk bepaald gevoel geven, een begoocheld gevoel, echter het is gebaseerd op een illusie van gedachten en een begoocheling van gevoelens en emoties door de mens zelf gecreëerd. De mens reageert op de energie-materie door het gebruik van de materie. Het is een zelf gevormde, vervormde wereld verre van de Realiteit.
Mensen die zich laten leiden door bezit of beter gezegd hun drang of dwang van eigen hebzucht om te materialiseren van deze illusies en begoocheling, raken steeds verder verstrikt in hun hebzucht en lopen vast. Uiteindelijk hebzucht naar materie leidt tot niets, behalve dat het leidt tot een mogelijke crisis waarin de mens de keuze zal moeten maken tussen Leven of de dood (de materiële vergankelijke vorm). Naast de hebzucht naar materie, geldt dit echter ook voor de hebzucht naar geld, macht, macht over anderen. Hebzucht naar dat vergankelijke leidt tot niets en loopt uiteindelijk dood.
De weg van de mens is onder andere via begeerte, de basis van hebzucht, waardoor de mens door te bezitten ervaring opbouwt iets te kunnen hebben. Door iets te kunnen hebben te ervaren, ervaart de mens ook de tegenpool het niet hebben, het niet kunnen hebben en het graag willen hebben. Zo zoekt de mens via de materie de weg naar de Bron, naar Datgene waar het werkelijk om gaat. De mens gaat op den duur in zien dat het ervaren, het beleven van het gebruik van middelen zinvoller is, dan het koesteren van de gedachte van het bezitten van vergankelijk materie. Door het beleven en het ervaren door het gebruik van materie, wordt de mens bewuster en wordt meer bewust van de eigen belevingswereld. De mens gaat meer zien dat het uiteindelijk om het Onvergankelijke achter en in het vergankelijke gaat.
De mens ontvangt via de Wet van Oorzaak en Gevolg en de Wet van Aantrekking en Afstoting Datgene Dat voor de mens nodig is. In deze aantrekking vormt de persoonlijkheid als mate van de ontsloten gevormde Zelfheid, vormt het mentale lichaam, vormt het astrale en emotionele lichaam, en vormt het grofstoffelijke lichaam. Ook Datgene dat buiten de mens is, Datgene Dat aandient in de gedachtenvorm in zijn of haar wereld, is het gevolg van deze Wet van Oorzaak en Gevolg en Wet van Aantrekking en Afstoting. Naast het inzicht van het zien van de illusie van het “niet kunnen bezitten van materie”, komt ook het inzicht dat de mens zijn of haar eigen lichamen niet kan hebben. Het inzicht komt dat de persoonlijkheid met haar lichamen is gevormd door de Wet van Aantrekking en dat de mens zelf daar niets voor hoeft te doen. Door Aanwezig te zijn, wordt de mens bewust van eigen wereld. De eigen vervorming van de mens wordt gezien via zijn of haar eigen wereld. Wat de mens waarneemt in eigen wereld blijkt zich Zelf te zijn (Straal 6).
Het Leven vormt de mens, terwijl de mens denkt het leven te vormen
De mens wordt bewuster dat bezitten van materie, van spullen, van middelen, van de persoonlijkheid, een illusie is en een begoocheling. De mens wordt bewuster dat juist het ervaren en beleven van het gebruik van middelen bestaande uit materie wel waarde heeft, de mens voedt en zin heeft. De mens mag en kan genieten van dat wat hij of zij heeft door te ervaren, te beleven en daarvan te genieten zonder de materie en middel te hebben en te bezitten. Middelen en materie zijn in bruikleen. De gevoelswereld van de mens met haar bewustwording wordt gevoed.
De mens is in de Aarde en de mens is niet van de Aarde
Zo helpt materie de mens de weg te volgen om kennis te maken met de gevoelswereld, en zich op en door die weg verder te ontwikkelen en te groeien. Zowel hebzucht, materie, energie-materie, beleving en middelen, helpen de mens daarbij.
Het doel der evolutionaire universa is de onderwerping van energie-materie door bewustzijn, de coördinatie van bewustzijn met Geest, en dit alles krachtens de creatieve, verenigende tegenwoordigheid van persoonlijkheid. Zo worden, met betrekking tot persoonlijkheid, fysische systemen ondergeschikt, bewustzijnssystemen nevengeschikt, en Geest-systemen richtinggevend.
De mens gaat bewust waarnemen, bewust beleven en gaat zien Dat het Benodigde in de vergankelijke vorm van materie en middelen door de mens zelf wordt aangetrokken zodat de mens verder gaat ontwikkelen en groeien op zijn levensweg.